naar KLUHV Gilze-Rijen
Voor maart hedden geen regiodag gepland staan, maar iets veel fraaiers. Gerard en Paul hadden geregeld dat we een dag rond konden kijken bij de Historische Vlucht van de luchtmacht, in een gecombineerd uitstapje met regio Zuid-West. We waren daarvoor te gast op een militaire basis, dus het moest allemaal wat strakker georganiseerd worden dan gebruikelijk. Dus stonden we met de hele meute rond half elf opgesteld tussen in een sluis van twee poorten die de hoofdingang van de basis vormt. Onder het wachten op de (relatief) laatkomers kwamen camera's te voorschijn, maar dat ging mooi niet door: op een militaire basis geen plaatjes. Leek me op dat punt (direct zichtbaar vanaf de openbare weg) een tikkie overdreven, maar in sommige dingen moet je gewoon principieel zijn. Gelukkig mochten we binnen de gebouwen van de KLUHV wel fotograferen.
Vanaf de poort was het een serieus eind naar de gebouwen waar de KLUHV woont, dus als voorafje reden we in colonne door de woeste uithoeken van de vliegbasis. Ik had gedacht dat plastic modellen niet aan bod zouden komen vandaag, maar dat liep toch even anders. Bij binnenkomst in de ruimte van de KLUHV vielen drie dingen onmiddellijk op: de tafel met een kleine collectie gebouwde modellen, de tafel met ongebouwde modellen waar prijskaatjes bij stonden, en de kannen met koffie. De taferelen van welwillende chaos laten zich raden. De koffie en ongebouwde modellen verdwenen als sneeuw voor de zon, en wat de verzamelde bouwers niet gelijk inpikten aan plastic, ging met Coen mee voor de winkel. Ook de exemplaren van het boek van de KLUHV hadden wat weg van warme broodjes.
Toen de rust wat was weergekeerd, verdeelden e ons in twee groepen die onder belegeiding van Gerard en Paul op pad gingen door het domein van de KLUHV. Voor de groep waar ik in zat, stond eerst de hangaar waar het zaaltje aan vast zit op de agenda. Hier worden de vliegtuigen onderhouden, hoewel in sommige gevallen 'herbouwd' een beter woord is. Van tenmiste één toestel lagen de vleugels helemaal uit elkaar, de nog bruikbare of al herbouwde onderdelen keurig gesorteerd in een stellingkast, alsof het een groot uitgevallen bouwdoos betrof. Sommige onderdelen waren te ver heen, en die worden dan in de eigen werkplaats opnieuw uit hout of metaal geproduceerd, uiteraard volgens originele specificaties.
Voor onze groep stond daarna het eigen museum op de agenda. Fraaie displays van foto's en vooral heel veel 1/72 modellen. Ik heb vaak in musea enigzins meewarig het hoofd geschud over de kwaliteit van de getoonde schaalmodellen, maar deze collectie was prachtig en ik weet zeker dat met een aantal van de modellen prijzen gewonnen zouden kunnen worden. Snoepen voor modelbouwers dus. Helaas stond alles (terecht) onder perspex, dus in veel gevallen heb ik geen behoorlijke plaatjes kunnen schieten.
Onze volgende bestemming was een hangaar waar een aantal toestellen stond die in ieder gaval niet volledig in de revisie zaten; ze zagen er voor deze leek gebruiksklaar uit. Nu is gebruiksklaar met deze oude toestellen altijd een relatief begrip; Gerard vertelde bijvoorbeeld dat het onderstel van de Ryan STM-2 zo soepel geveerd is dat je bij de landing donders goed op moet passen dat je de vleugeltips niet in de grond steekt, met alle reparatiekosten een mens en machine vandien. In diezelfde hangaar stond ook een 1:1 model van een Spitfire, die je ons op de beschildering na zo voor echt had kunnen voorkomen. Helaas was het er vrij donker, dus geen bruikbare foto..
Daarna was het tijd voor de lunch, in de alleraardigste messhall van de KLUHV. Het had wat voeten
in aarde maar uiteindelijk lukte het toch om toegang te krijgen tot de hangaar met de Mitchell, al
moesten we daar even op wachten. Niet erg, want Gerard en Paul hadden so-wie-so nog wat met de
meute te bespreken. De collectie van het eerder genoemde museum vertoont namenlijk nog een paar gaten.
Bouwdozen waren veelal reeds ingekocht, maar er was behoefte aan handjes om ze daadwerkelijk
te bouwen. Of er mensen waren die belangstelling hadden..
Binnen een week stonden er namen achter 11 modellen, en eerlijk gezegd denk ik dat er dat nog wel
meer gaan worden, zo niet onmiddellijk, dan toch als de eerste golf opgeleverd is.
Als afsluiter was het dan toch tijd voor een bezoek aan de B-25. Daar waren wat problemen aan geconstateerd, dus ook die stond in een hangaar voor groot onderhoud, met afgekoppelde vleugels. Zelfs gekortwiekt is het een zeer indrukwekkend toestel. Ik weet niet waar de bombardementstekens onder de cockpit vandaan komen, maar de gespleten eend is een bona fide kill marking, als gevolg van een ontmoeting tussen een propellor en een onfortuinlijke eend..
Paul, Gerard, en alle anderen die ongezien geholpen hebben deze excursie mogelijk heel hartelijk bedankt voor deze ervaring.
Rob
terug naar het begin van Polleke.
naar de AGENDA.